vrijdag 11 december 2015

Nina Simone in Nijmegen: toevluchtsoord aan de Waal

Nina Simone tijdens een concert in Morlaix in 1982 Foto: Roland Godefroy/Wikimedia Commons

Een zwarte vrouw laat zich in het zwembad glijden van het Nijmeegse hotel Belvoir. Het is de buurvrouw van het aanpalende appartementencomplex aan de voet van de Waalbrug. De dame in het badpak is niemand minder dan The High Priestess Of Soul: Nina Simone. Maar lang niet alle zwemmers zijn zich er bewust van dat ze samen met een prima donna hun baantjes trekken.

Het gaat Nina Simone eindelijk weer voor de wind als ze in in de lente van 1988 neerstrijkt in Nijmegen. Dankzij een reclamespot van Chanel No. 5 heeft ze dan zojuist een Europese monsterhit gescoord met het al in 1958 opgenomen My Baby Just Cares For Me. Persoonlijk gaat het al sinds de jaren zeventig gestaag bergafwaarts met de inmiddels 55-jarige zangeres en pianiste. Haar psychische problemen hebben de overhand gekregen. Ze doet zelfs een zelfmoordpoging wanneer een Afrikaanse zakenman, die beloofde een platencontract voor haar te regelen in Londen, een oplichter blijkt. Ze leidt een zwervend bestaan en leeft uit haar koffer. En ze is vervreemd geraakt van haar dochter Lisa.


Nina Simone's legendarische optreden op het jazzfestival van Montreux in 1976

Na omzwervingen via Liberia, Barbados en Zwitserland, belandt Simone begin jaren tachtig in Parijs. Ze heeft geen boekingsagent en treedt ’s avonds voor een schijntje op in Aux Trois Mailletz, een kleine jazzclub in het Quartier Latin. De concerten zijn wisselvallig; de ene keer is het pure magie, andere avonden houdt ze er al na een kwartier mee op, is ze te dronken om fatsoenlijk te spelen of scheldt ze het publiek uit. Een engagement in de prestigieuze Londense jazzclub Ronnie Scott’s, dat meerdere keren wegens groot succes verlengd wordt, breekt ze in de laatste week abrupt af, waardoor ze er voortaan niet langer welkom is.

Rust
Zo kan het niet langer, besluiten manager Raymond Gonzalez, vaste gitarist Al Schackman en Gerrit de Bruin, een Nederlandse vriend van haar. Met zijn drieën vormen ze het A-Team, dat zich over Simone gaat ontfermen. Het plan is om haar naar Nijmegen te halen. In de luwte van een provinciestad, ver weg van de showbusiness, kan ze tot rust komen en krijgt ze eindelijk een thuis. De Bruin, bevriend met Simone sinds hij in 1962 tot haar wist door te dringen in het Concertgebouw door zich voor te doen als roadie, woont zelf in Nijmegen en kan zo een oogje in het zeil houden.

Met geleend geld van Gerrit de Bruin, een beetje hypotheek van de bank en het geld dat ze heeft verdiend met een concertreeks, koopt Nina Simone een appartement in het complex naast het Belvoir, waar ze gebruik mag maken van het zwembad, de tuin en het restaurant. “Het was wel een dure flat, hoor”, aldus de Bruin. Ze hing het vol met foto’s en posters van zichzelf.

Het Belvoir Hotel met op de voorgrond het appartementencomplex waar Nina Simone woonde.

Een vriend van De Bruin is huisarts. Hij stelt vast wat Simone mankeert: ze heeft een chemische onbalans in de hersenen. Hij schrijft medicijnen voor: dagelijks 16 milligram Trilifan, de maximale dosis. Maar die medicatie kent een keerzijde: ze kunnen haar muzikale capaciteiten op den duur aantasten. “Ik denk dat Nina ook last had van Parkinson”, vult De Bruin aan. “Dat maakte haar vingers minder soepel. Dat begon rond 1994, toen was het virtuoze getingel weg. Mijn vader had ook Parkinson en ik herkende die tekenen bij Nina.”

Om dag en nacht voor Simone te zorgen en haar gezelschap te houden, wordt Jackie Hammond ingehuurd. Uitgerekend als zij arriveert in Nijmegen om kennis te maken, krijgt Simone een heftige woedeaanval. Ze jaagt Hammond de stuipen op het lijf, waarop deze meteen rechtsomkeert naar Londen wil maken. Als De Bruin uitlegt hoe ze met Simone moet omgaan, besluit ze alsnog te blijven. De volgende ochtend begroet Simone haar met een stralende glimlach:  “Hello, daaarling.”

Reclame
Financieel komt Simone er beter voor te staan, al moet daar wel de nodige juridische strijd voor worden geleverd. Omdat ze de rechten op haar muziek niet bezit, verdient ze amper aan haar platen. “Voor het gebruik van My Baby Just Cares For Me in die Chanel-reclame kreeg ze aanvankelijk zelfs helemaal niks”, vertelt De Bruin. “Toen zijn we gaan procederen en dat heeft ze glansrijk gewonnen, want de platenmaatschappij in kwestie had helemaal geen rechten om dat liedje te verkopen voor reclames. Daar heeft ze behoorlijk veel geld aan verdiend.”

'Voor het eerst had Nina bescherming, een eigen huis'

Het was een gelukkige tijd in Nijmegen. Eindelijk had Nina Simone evenwicht gevonden. “Voor het eerst had ze bescherming, een eigen huis”, zegt Gerrit de Bruin. “Ik zat dicht bij haar, dus ze voelde zich veilig. Ze wist dat ik haar zou proberen te behoeden voor ongevallen, in de zin van vechtpartijen en niet komen opdagen voor concerten.”


Nina Simone in Montreux in 1987

Gezin
Simone wordt opgenomen in het gezin De Bruin, dat om de hoek van het Belvoir woont. “De kinderen waren dol op haar, en zij op haar beurt vond het heerlijk om bij ons te zijn. We hadden een groot huis met een enorme tuin, Nina voelde zich daar vrij. Het eten van mijn vrouw vond ze heerlijk. Als ze bij ons was kreeg ze soms de tranen in haar ogen, zo blij was ze. Op verjaardagen bracht ze altijd cadeaus mee. De moeder van mijn eerste kind was jarig, wij zijn er samen heen gegaan en Nina heeft toen een prachtig concert gegeven voor twintig man.”

Als project voor haar eindexamen journalistiek koos De Bruins dochter Nina Simone. “Ze heeft tijdens het interview een liedje a capella voor haar gezongen, dat vond ik wel een mooi cadeau. Dat nummer staat overigens op de cd bij de biografie boek Nina Simone: Het Openhartige Verhaal Van Een Uitzonderlijke Zangeres van David Brun-Lambert.”

Nina Simone met Gerrit de Bruin bij de ingang van haar flat naast het Belvoir Hotel. Foto: privécollectie Gerrit de Bruin

Never a dull moment met Simone om de hoek. “Ik zat een keer op kantoor toen ze me belde”, vertelt De Bruin. ‘Gerrit, je moet komen.’ Ik zei: ‘Mens, ik heb helemaal geen tijd nou, ik kom vanavond wel.’ Het was ’s middags vier uur. ‘Nee, je moet nu komen.’ Ik dacht dat er wat aan de hand was, dus ik er naar toe. Stond ze daar keurig in een japon, opgemaakt en wel. ‘Ik ben zo dankbaar voor wat je voor me gedaan hebt, ik ga een concert geven en daarom moest je komen, want ik heb nu het gevoel.’ Ze heeft vier uur lang gespeeld en gezongen.”

'Nina Simone was een gewone Nijmegenaar, ze kon rustig naar de Albert Heijn'

Simone leidde in Nijmegen een tamelijk anoniem bestaan. “De enkele mensen die haar herkenden waren beleefd, groetten haar, dan ging de arm omhoog. Eigenlijk was Nina een gewone Nijmegenaar. Ze kon rustig naar de Albert Heijn.”

Eenzaam
Mensen die haar uit haar Nijmeegse tijd kennen, beschrijven haar als eenzaam. In het Belvoir zoekt ze aansluiting bij zwemclubjes. “Ik vond haar een zielige vrouw die eigenlijk niks had, ondanks haar carrière en roem”, haalt een personeelslid zich voor de geest. “Ik werkte achter de bar, en heb gesprekken met haar gehad over haar dochter. Dan zat ze te huilen. Een verdrietig persoon, zo heb ik haar hier leren kennen. Ik heb haar ook extreem meegemaakt, dat ze zich heel irritant en arrogant gedroeg. Fors qua uiterlijk, grof in haar manier van praten, een grote mond, pontificaal aanwezig. Ze had zeker sterallures, nou en of. De mensen om haar heen moesten op commando sigaretten halen. Er kwam wel iemand binnen, met of zonder kleding onder haar badjas.”

'Er kwam wél iemand binnen, met of zonder kleding onder haar badjas'

Ondanks de stabiliteit in haar leven, zijn incidenten niet van de lucht. Gerrit de Bruin herinnert zich het akkefietje in het Grand Hotel in Parijs in 1989. “Ze stond op het punt iemand aan te vallen. Ik zag het gebeuren en heb meteen mijn arm om haar heen geslagen en haar naar buiten gesleurd, een taxi in. Drie maanden later zaten we in Nijmegen bij haar thuis te eten, toen ze opeens zei: ‘Nog bedankt dat je me toen in Parijs uit die penibele situatie hebt gered hebt.’”

Ook schopt Nina Simone een keer stennis in een Japans restaurant in Arnhem, waar ze volgens haar het eten te lang op zich laat wachten. “U mag me niet omdat ik zwart ben”, foetert ze tegen de eigenaar. “Nee mevrouw, ik mag u niet omdat ik geel ben”, riposteert de deze. Waarna zij en De Bruin stilzwijgend de zaak verlaten.


Nina in Montreux (1990)

Bij een concert in het Amsterdamse Theater Carré in 1990, moeten medewerkers er alles aan doen om voor haar verborgen te houden dat ze na Dee Dee Bridgewater zal optreden. Simone had de jazzangeres ooit een klap in het gezicht gegeven toen ze vernam dat ze voor dezelfde avond stonden geprogrammeerd. Tussen de twee shows in Carré wordt een pauze van een half uur ingelast, zodat Bridgewater via een zijvleugel het pand kan verlaten, voordat Nina via een deur aan de andere kant het podium betreedt.

De Bruin heeft zo zijn ‘therapeutische middelen’ om Simone’s aanvallen te beteugelen. “Ik probeerde haar een andere persoonlijkheid te laten aannemen door haar bijvoorbeeld te vertellen dat ze een gravin was, en ze me een arm moest geven omdat ze met de graaf ging wandelen. Zo kon ze zichzelf wijsmaken dat ze iemand anders was en niet depressief was.”

'Als we het over Vincent van Gogh hebben, moeten we het dan altijd over zijn oor hebben?'

Achteraf schaamt Simone zich altijd voor haar onwelvoeglijke gedrag. Het stoort De Bruin trouwens er zo veel aandacht wordt besteed aan haar misdragingen. “Als we het over Vincent van Gogh hebben, moeten we het dan altijd over zijn oor hebben, of zullen we het eens over zijn briljante schilderijen hebben? Je kunt Nina wel met hem vergelijken. Ik denk dat ze zonder die ziekte niet zo geniaal geweest was. Al die smeuïge incidenten, wat is het belang daarvan? De muziek telt, de rest niet.”

“Nina had in haar hoofd verschillende lagen, ze kon het ene liedje zingen en het andere op de piano spelen, en die twee gingen perfect samen. Ongelooflijk”, verduidelijkt De Bruin haar genie. “Ze kon een boogiewoogie spelen en daar een ondertoon van Bach in leggen. Zoiets kwam in haar op en dan deed ze het gewoon. Ze kon Chopin spelen en geleidelijk werd het dan jazz.Wat ze in haar hoofd had kwam er gewoon via haar vingers uit. En het was nooit hetzelfde.”



Amsterdam
Na zo’n drie jaar houdt Nina Simone het in de lente van 1991 voor gezien in Nijmegen. Ze verhuist naar Amsterdam, waar ze een groot gemeubileerd huurappartement aan de Jan van Goyenkade betrekt met verzorgster Jackie Hammond, vaste drummer Bobby Hamilton en diens nichtje. Oude vriendin Miriam Makeba is aanwezig op de housewarming party. “Ze wilde het graag wat levendiger”, vertelt Gerrit de Bruin. “In Amsterdam kenden de mensen haar. Ze zat vaak in de kroeg en ging veel uit eten. Ze struinde recepties, feesten en operapremières af.”

Eind 1992 koopt Simone in een opwelling een woning in Bouc-Bel-Air bij Aix-en-Provence. Een nondescript huis in een al even onbeduidende stad. “Ze vond het weer ’s winters al te grijs, daarom is ze naar Zuid-Frankrijk gegaan”, verklaart De Bruin haar vertrek. Ver van het toezicht van De Bruin, vervalt Simone al snel in haar oude gedrag en neemt ze bovendien niet meer regelmatig haar medicijnen in. “Later zei ze tegen mij dat haar vertrek uit Nederland een grote fout was geweest.”



Dit artikel verscheen eerder in popmagazine Heaven.

1 opmerking: